Het was op een maandagochtend, de eerste maandag van het jaar 1990. Mijn persoonlijke leven werd op dat moment geteisterd door angst, angst dat het thuis goed mis zou gaan, voortdurende stress over steeds weer nieuwe ruzies, waar ik geen vat op had. Want ik verstond er nauwelijks iets van en had er daarom geen idee van, waar het over ging. Maar de dreiging was des te groter. Op school zat ik in spanning over wat er weer zou gebeuren als ik thuiskwam.